Zambreno:
‘This is the moment of clairvoyance for Bataille, that he will later mythologize, as he had just been writing, he says later, the same identical sentence. (They share the same mind, or he shares hers, that is how HE the modernist genius views his muse, Fitzgerald who wanted Zelda to be a “complementary intelligence.”)’ (p. 134)
Heroines is een schitterend, woedend boek.
Heroines gaat natuurlijk over veel meer, maar ik neem dit als voorbeeld omdat ik nu Vrouw van Karl Ove Knausgård lees. En dat voelt raar, want ook Knausgård is getrouwd met een vrouw met ambities. Ze schrijft. En is echtgenoot en moeder. En kampt met een psychische stoornis. Zoals veel vrouwen in Heroines volgens het (aldoor groeiende) DSM-boekje kampen met psychische stoornissen.
F. Scott Fitzgerald had ook psychische problemen, gedroeg zich net als Zelda, maar zij werd in klinieken opgesloten terwijl hij, in vrijheid, dronk. Hij kon doen wat hij wilde, hoezeer hij zich ook bezatte.
Karl Ove Knausgård doet eveneens wat hij wil. Ook hij probeerde zijn angsten, twijfels weg te drinken, deed de stomste dingen terwijl hij dronken was. Hij was (is?) zelfdestructief. Maar niemand vraagt zich af of hij wellicht last heeft van een stoornis.
Ik las begin dit jaar Verbroken beloftes van Jenny Offill en vond het redelijk normaal dat de hoofdpersoon het zo nu en dan zwaar heeft, zich eenzaam voelt, twijfelt aan gemaakte keuzes, boos is op haar echtgenoot, hem verwijten maakt. In recensies, echter, las ik dat de hoofdpersoon depressief zou zijn. Het zal wel, dacht ik. Maar nu vergelijk ik haar met andere personages, bijvoorbeel die lamlul in Ben Lerners fantastische roman Vertrek van station Atocha. Wat is hij dan wel niet? Maar dat boek werd geroemd om zijn humor (tsja). Geen woord (geloof ik) over zijn mentale gezondheid.
Dubbel tsja.
*
Wat ik stom van mijzelf vind, is dat ik nu ga twijfelen aan mijn waardering voor Karl Ove Knausgårds boeken. Want ik vind het mooi werk, het probeert te onderzoeken wat het is om mens te zijn. En dat is wat literatuur, wat mij betreft, moet doen.
Waarom dan twijfels? Het gaat niet om Knausgård. Of om zijn boeken. Of, nuja, half; het gaat erom dat deze dikke ik-boeken bestaan, en succesvol zijn, omdat het door een man is geschreven. Vermoedelijk. Ik ken geen vrouwelijk equivalent, en dat vind ik naar; we bestaan toch wel al enige tijd, we maken een groot deel uit van de mensheid, en toch heb ik (tot nu; tot Heroines) nooit eerder gelezen van/over een vrouw die ruimte inneemt en boos is, twijfelt, wil schrijven maar niet exact weet hoe, die weigert zich te conformeren. Ze heeft zichzelf uitgevonden, moeten uitvinden, zoals we dat allemaal moeten doen. Lang, echter, werd de vrouwelijke ervaring door mannen beschreven (Flaubert die beweert dat hij Emma Bovary is ... — ), werd de vrouwelijke ervaring als ‘hysterisch’ omschreven, waardoor het nog altijd lastig is om als vrouw te lezen over (echte, herkenbare, relevante) ervaringen en levens van andere vrouwen: fucked-up vrouwen, mad women, outsiders en buitenbeentjes, de vrouwen die zich buiten begaande paden bewegen —
ik raad iedereen aan Heroines te lezen.