zo raak je haar kwijt

Een tijdje terug las ik ergens een artikel van iemand (ik weet werkelijk niet meer wie het schreef, maar ik geloof dat het een vrij bekende auteur heeft) over de gewoonte van de lezer van nu om vooral boeken te willen lezen waarin personages voorkomen die 'leuk' zijn. Of, personages waarmee je je kunt identificeren. Het heeft natuurlijk met de tijd te maken, deze tijd waarin boekhandels en uitgeverijen grotendeels reageren op cijfers in plaats van kwaliteit, en boeken verkocht worden omdat er over gepraat wordt (door wie dan ook). Lezen lijkt te worden gezien als tijdverdrijf, als een ontspannend tijdverdrijf. En dus moet het niet te moeilijk zijn, niet te ongemakkelijk. (Ik bedoel niet dat lezen werk moet zijn, ik wil zeggen dat er op deze manier veel moois geen aandacht krijgt..)

Zo raak je haar kwijt krijgt van sommige lezers nogal wat commentaar naar aanleiding van het onchristelijke gedrag van een groot aantal personages. Leugenaars en bedriegers zouden onze tijd niet waard zijn. Het is uiteraard niet eerlijk, en nogal kortzichtig, een boek te beoordelen naar aanleiding van de likability van hoofdpersonen. Junot Díaz heeft zich hier tijdens het schrijven van zijn verhalen niets van aangetrokken. Integendeel: hij lijkt in deze verhalen de confrontatie te willen aangaan. Hij wil heftige reacties teweeg brengen; hij daagt uit. De harde woorden lijkt hij te gebruiken om de juiste lezer te bereiken: deze woorden zullen de lezer die zich al stoort aan gedrag, weg houden (of sturen). Als lezer zou je toch moeten beseffen dat (de meeste schrijvers) nadenken over wat ze doen, over welke woorden gekozen worden. Je zou toch op z'n minst moeten toegeven dat dit mogelijk is. Wanneer je dat inziet, begrijp je dat die keuze onderdeel kan zijn van een verhaal.

De verhalen in Zo raak je haar kwijt zijn meeslepend en mooi geschreven (niet ieder verhaal is even overtuigend, maar er zijn weinig bundels die bestaan uit enkel sterke verhalen), vol vloeiende zinnen die ervoor zorgen dat een verhaal zomaar uit is. Dit betekent niet dat het simpele verhalen zijn; ze vertellen niet alleen over verbroken relaties. Ieder personage komt oorspronkelijk uit de Dominicaanse Republiek en heeft het zwaar in een nieuwe, niet altijd even vriendelijke, maatschappij. Jonge kinderen die thuis worden gehouden bij een ongelukkige moeder, terwijl papi aan het werk is; een zieke broer die zich het huis uit laat zetten en geen idee meer heeft van wat hij doet – er is een afstand: de wereld van deze immigranten is vaak onherkenbaar. Daar komt bij dat Junot Díaz zijn karakters zo nu en dan Spaanse straattaal laat spreken. De lezer wordt aan de kant gehouden, expres. Het gebruik van Spaans stoort overigens niet, het wordt sporadisch door de zinnen gevlochten en altijd is uit de context op te maken wat er staat (en zo nu en dan wil je het eigenlijk niet weten).

Zo raak je haar kwijt is alleen al waardevol vanwege het beeld dat de schrijver weet te schetsen van verloren immigranten, omdat het zo gevoeld is. Is dat officieel mogelijk, die combinatie? Het is een gevoeld boek. Angst, depressie, spijt, verdriet. Iedereen doet zo z'n best en dat gaat niet altijd even soepel, maar als toeschouwer is dat soms zo prachtig (gemeen, niet?). 

6 opmerkingen:

  1. "Het is uiteraard niet eerlijk, en nogal kortzichtig, een boek te beoordelen naar aanleiding van de likability van hoofdpersonen."
    Ja, dat heb ik ook altijd een heel raar criterium gevonden om een boek te beoordelen, maar je komt het toch regelmatig tegen bij allerlei lezers. Alsof de personages in fictie bedoeld zijn om beste vriendjes mee te worden - en als ze daar niet geschikt voor zijn, deugt het boek niet. Alsof ideeënrijkdom, andere gezichtspunten dan de gebruikelijke, taalschoonheid enzovoort niet veel belangrijker zijn.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. exact! veel bloggers, maar ook de 'echte' literaire critici.. ik was aan het rondkijken hoe deze bundel in Amerika was ontvangen (zeer uiteenlopend), toen ik stuitte op een bespreking van een 'magazine' waarin iemand dus beweerde dat dit boek niets waard is omdat de hoofdpersonen geen ideale schoonzonen zijn. onbegrijpelijk.

      Verwijderen
  2. Voor mij is het tot op zekere hoogte wel een criterium dat meespeelt. Een hoofdpersoon hoeft niet de ideale schoonzoon of - dochter te zijn, en mag zeker slechte dingen doen of onaangenaam zijn, maar ik persoonlijk moet wel een zekere sympathie en/of begrip voor die persoon kunnen voelen, wil het verhaal me iets kunnen schelen.
    Of het verder dan een goed geschreven boek is staat daar natuurlijk los van, maar ik wil de personages en zeker de hoofdpersoon wel zo beschreven zien dat ik er iets van sympathie voor kan voelen.
    Het is voor mij zeker niet het enige criterium, maar het speelt wel mee.

    groetjes,

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. ik kan wel begrijpen dat het meespeelt, natuurlijk, maar daar zou het wat mij betreft bij moeten blijven.. misschien ben ik wel te kritisch, ik weet het niet.

      Verwijderen
  3. Ik ken het boek niet kim, ben sinds kort weer echt begonnen met lezen maar wat je schrijft maakt het interessant en ik ga zeker kijken of ik het kan vinden en dan meld ik me nog eens..

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. dag! ik hoop dat je het mooi zal vinden. en dat 't niet tegen uw borst zal stuiten..

      Verwijderen

//

quoi?

ada limón adrienne rich ali smith alice notley alice oswald anne boyer anne brontë anne carson anne truitt anne vegter annie dillard antjie krog audre lorde bhanu kapil carry van bruggen catherine lacey cees nooteboom charlotte brontë charlotte salomon chimamanda ngozi adichie chris kraus christa wolf claire messud claire vaye watkins clarice lispector david whyte deborah levy durga chew-bose elif batuman elizabeth strout emily brontë emily dickinson emily ruskovich ester naomi perquin etty hillesum f. scott fitzgerald feminisme fernando pessoa han kang helen macdonald henri bergson henry david thoreau hermione lee herta müller jan zwicky janet malcolm jean rhys jeanette winterson jenny offill jessa crispin joan didion john berryman joke j. hermsen josefine klougart kate zambreno katherine mansfield kathleen jamie katja petrowskaja krista tippett layli long soldier leonard koren leonora carrington leslie jamison louise glück maggie anderson maggie nelson marcel proust margaret atwood maría gainza marie darrieussecq marie howe marja pruis mary oliver mary ruefle neil astley olivia laing patricia de martelaere paul celan paula modersohn-becker poetry poëzie rachel cusk rainer maria rilke raymond carver rebecca solnit robert macfarlane sara ahmed sara maitland seamus heaney siri hustvedt stefan zweig susan sontag svetlana alexijevitsj sylvia plath ta-nehisi coates teju cole terry tempest williams tess gallagher tjitske jansen tomas tranströmer tracy k. smith valeria luiselli virginia woolf vita sackville-west w.g. sebald yiyun li zadie smith

Blogarchief