open stad

‘(..) de melodie deed me zozeer denken aan de ochtendlijke bijeenkomsten uit mijn jeugd dat ik de plotselinge verwarring en gelukzaligheid ervoer van iemand in een statig oud huis met in de verte een spiegelwand, en de onmiskenbare aanblik van een wereld die zich verdubbelt. Ik kon nog onmogelijk zien waar het tastbare universum eindigde en de weerspiegeling begon. Deze navolging tot in de details van elke porseleinen vaas, elke dofglanzende plek op elke gevlekte teakhouten stoel, strekte zich uit tot aan de plek waar mijn spiegelbeeldige ik half omgedraaid was blijven staan, net als ik. En mijn dubbelganger begon precies op dat moment met hetzelfde probleem te worstelen als zijn al net zo beduusde origineel. In leven zijn, zo scheen me toe terwijl ik daar stond met al mijn verdriet, was zowel het origineel zijn als de weerspiegeling, en dood zijn, dat was alsof je werd afgescheiden en alleen nog maar weerspiegeling was.’

Uit Open Stad van Teju Cole (p. 235).

3 opmerkingen:

  1. Ik heb dit boek al een paar maanden in huis, maar moet het nu toch maar eens gaan lezen, zeker nu het het volgende #twitlit-boek van NRC Boeken wordt.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. ik zag het ja! Bas Heijne kiest goede boeken uit voor zijn leesclub.

      Verwijderen
  2. Mee eens; ik ben nu nog druk bezig met The Submission (overigens zonder mee te doen aan de #twitlit-besprekingen, meer omdat ik dat ook op de plank had), maar het lijkt me een aardig experiment om straks bij Open City wel mee te lezen met wat anderen op dat moment uit het boek halen. Nu nog de tijd vinden om de boeken waar ik nu bezig ben uit te lezen...

    BeantwoordenVerwijderen

//

quoi?

ada limón adrienne rich ali smith alice notley alice oswald anne boyer anne brontë anne carson anne truitt anne vegter annie dillard antjie krog audre lorde bhanu kapil carry van bruggen catherine lacey cees nooteboom charlotte brontë charlotte salomon chimamanda ngozi adichie chris kraus christa wolf claire messud claire vaye watkins clarice lispector david whyte deborah levy durga chew-bose elif batuman elizabeth strout emily brontë emily dickinson emily ruskovich ester naomi perquin etty hillesum f. scott fitzgerald feminisme fernando pessoa han kang helen macdonald henri bergson henry david thoreau hermione lee herta müller jan zwicky janet malcolm jean rhys jeanette winterson jenny offill jessa crispin joan didion john berryman joke j. hermsen josefine klougart kate zambreno katherine mansfield kathleen jamie katja petrowskaja krista tippett layli long soldier leonard koren leonora carrington leslie jamison louise glück maggie anderson maggie nelson marcel proust margaret atwood maría gainza marie darrieussecq marie howe marja pruis mary oliver mary ruefle neil astley olivia laing patricia de martelaere paul celan paula modersohn-becker poetry poëzie rachel cusk rainer maria rilke raymond carver rebecca solnit robert macfarlane sara ahmed sara maitland seamus heaney siri hustvedt stefan zweig susan sontag svetlana alexijevitsj sylvia plath ta-nehisi coates teju cole terry tempest williams tess gallagher tjitske jansen tomas tranströmer tracy k. smith valeria luiselli virginia woolf vita sackville-west w.g. sebald yiyun li zadie smith

Blogarchief